Falen onder druk

Iedere sporter wil graag een CUP winnen. Maar in een CUP situatie geraken, dat wil niemand. In de sportpsychologie staat CUP namelijk voor ‘Choking Under Pressure’. Wat is dat precies? En hoe kun je falen onder druk voorkomen? Is het te voorkomen?

Choking Under Pressure (CUP), of ‘falen onder druk’, staat voor een plotselinge en drastische afname in prestatieniveau wanneer de druk hoog is. Een iconisch voorbeeld is de Australische golfer Greg Norman die in 1996 na drie rondes leider was in de Masters, door velen gezien als het belangrijkste toernooi in de golfsport. Hij had op dat moment 6 slagen voorsprong op zijn directe concurrent Nick Faldo. Aan het eind van de finale ronde had Norman een achterstand van 5 slagen op winnaar Faldo. 

Iets soortgelijks overkwam Rory McIlroy in de 2011 editie van de Masters. Ook hij domineerde toen de eerste drie rondes, maar verspeelde een voorsprong van 4 slagen in de vierde en laatste ronde. Zo had hij op de 12ehole vier putts nodig, en op de 13e zette hij zijn reeks ongewone fouten voort door vanaf de tee zijn bal in het water te slaan. Later bekende hij: “That’s probably the only time I’ve cried over golf.

Een ander voorbeeld dat in het collectieve sportgeheugen staat gegrift komt uit de tennissport. Tijdens de damesfinale op Wimbledon in 1993 stond de Tsjechische tennisster Jana Novotná met 4-1 en 40-30 voor in de beslissende set tegen de Duitse Steffi Graf, één van de beste speelsters ooit. Toen begon de ellende voor Novotná: dubbele fouten, volleys die meters uit gingen, en gemakkelijke ballen die vol in het net eindigden. De teleurstelling en desillusie waren zo groot dat ze bij de prijsuitreiking in tranen uitbarstte. Gelukkig voor haar won ze vijf jaar later alsnog de fel begeerde Wimbledon titel.

CUP komt niet alleen voor op het allerhoogste niveau. Immers, de standaard voor CUP is het eigen, normale niveau van de sporter. Daarbij moet worden opgemerkt dat hoe lager het basisniveau is, des te inconsistenter het prestatieniveau, waardoor het moeilijker is om CUP vast te stellen. Er is sowieso geen eenduidige definitie van CUP, maar in de sportpsychologische literatuur is men het er in grote lijnen over eens dat CUP de volgende kenmerken heeft:

  1. Het prestatieniveau is opmerkelijk veel lager dan verwacht gezien het normale niveau van de sporter.
  2. De prestatieachteruitgang is acuut, plots en snel in een situatie waarin de prestatiedruk hoog is.
  3. De sporter blijft hard werken met een hoge motivatie en een sterke wil om goed te presteren. Dit impliceert dat er geen sprake is van CUP als de sporter (mentaal) opgeeft en daardoor zijn/haar normale niveau niet meer haalt. 
  4. Er is een sterke gerichtheid op het vermijden van fouten.
  5. Sporters in een CUP situatie weten vaak wel wat ze moeten doen, en hoe, maar ze slagen er niet meer in om het op dat moment uit te voeren. De zelf-effectiviteit bij de sporter is derhalve (zeer) laag.
  6. Gedachten spoken door het hoofd over hoe hij/zij op dat moment overkomt op anderen (coach, publiek, pers, vrienden). 
  7. Voorbeelden van fysieke CUP symptomen zijn een te hoge spierspanning en hartslagfrequentie, hoge ademhaling en klamme handen. 

Hoe ontstaat CUP?

Veelal wordt verondersteld dat sporters eerder en sneller in een CUP situatie belanden wanneer ze gebrand zijn op een haalbare, positieve uitkomst, een sterkere persoonlijke identiteit hebben als een (succesvolle) sporter, zich meer bewust zijn dat de ogen van anderen (toeschouwers, pers, coaches, collega’s) op hen zijn gericht, en zich meer zorgen maken over negatieve oordelen van anderen. 

Sporters met deze kenmerken zijn vatbaarder voor afleidingen bij toenemende prestatiedruk, waaronder negatieve gedachten over het eigen falen, schaamte en veronderstelde negatieve oordelen van anderen. Dit soort bedreigende faalgedachten consumeren een substantieel deel van de geheugen- en hersencapaciteit waardoor sporters minder cognitieve ruimte overhouden voor de taakuitvoering. Als sporters mentaal niet meer in staat zijn om de focus op de taak (snel) te herpakken, dan kan een CUP situatie ontstaan. Immers, optimale concentratie en taakuitvoering vereisen een volledige gerichtheid op de taak (‘single-mindedness’) en synchronisatie van denken en handelen.

Daarbij kan er in een CUP situatie sprake zijn van een te sterke focus op de technische stap-voor-stap uitvoering van de taak. Met name topsporters hebben uitentreuren bewegingspatronen geoefend, getraind en ingeslepen die daardoor (min of meer) op de automatische piloot kunnen worden uitgevoerd. In een CUP situatie wordt deze gedane arbeid volledig teniet gedaan door de pogingen van de sporter om bewust de controle terug te krijgen over de gewenste uitvoering van de worp, slag, sprong of service. Zo’n patroon van overdenken, analyseren en controle herwinnen wordt ook wel aangeduid als paralysis by analysis.

Wat kun je eraan doen? Is CUP te voorkomen?

In het algemeen is een belangrijk doel van mentale begeleiding het voorkomen en bestrijden van prestatieverlies op de belangrijke momenten. Daarvoor zijn diverse methoden en technieken beschikbaar. Wanneer sporters zich willen wapenen tegen een CUP situatie en/of die al eens hebben meegemaakt, dan is de eerste stap het achterhalen van het mechanisme dat kan verklaren waarom de specifieke sporter zou kunnen falen, of heeft gefaald onder druk. Voor het stellen van een diagnose is sportpsychologische kennis vereist, en ook voor het vervolgens effectief kunnen ontwikkelen, toepassen en trainen van mentale vaardigheden. Mogelijke opties beschrijf ik hieronder, met hyperlinks naar eerdere blogs waarin ze uitgebreider worden besproken.  

  1. Verstandige sporters die steeds beter willen worden en zich willen wapenen tegen CUP, bereiden zich effectief voor op onvermijdelijke, en dus ‘normale’ aversieve en frustrerende ervaringen. De kunst is om bij dit soort ervaringen op tijd de knop om te zetten en terug de keren naar het hier en nu van de taakuitvoering. Dit kan – onder meer – aan de hand van het zogenaamde 3R model: Registratie, Release (loslaten) en Re-focus, of op basis van andere benaderingen die zich richten op de voor de sporter controleerbare factoren (‘Control the Controllables’).
  2. Om effectief met prestatiedruk om te gaan, is het daarbij belangrijk dat sporters accepteren dat het gepaard gaat met – onder meer – een snellere ademhaling en hartslag, verhoogde activiteit in buik en darmen, en overmatig transpireren, ofwel arousal. Ten eerste helpt het als sporters deze autonome, fysieke reacties als ‘normaal’ interpreteren. Ten tweede kunnen sporters leren een voor henzelf optimaal arousal-niveau te creëren zodat ze onder druk het maximale uit zichzelf kunnen halen. Routinescirkeltraining en de Quiet Eye techniek, bijvoorbeeld, kunnen sporters helpen om in een mentale toestand te geraken waarin de ingeslepen vaardigheden ‘automatisch’ worden uitgevoerd, in het hier-en-nu, met volle aandacht voor de taakuitvoering.
  3. Over interpretatie gesproken: niet zozeer de situatie zelf, maar een disfunctionele interpretatie van de situatie an sich kan er voor zorgen dat sporters falen onder druk. Uitgangspunt van cognitief-emotieve training is dat angsten en zorgen vooral bepaald worden door onze kernopvattingen of beliefs, ofwel de manier waarop we tegen dingen aankijken. Falen onder druk kan derhalve ook worden voorkomen door disfunctionele kernopvattingen van sporters in kaart te brengen, kritisch te beschouwen, en vervolgens bij te stellen.
  4. CUP scenario’s boezemen angst in, en terecht. Niemand zit te wachten op een CUP ervaring die we ons maar al te goed voor de geest kunnen halen. Met deze verbeeldingskracht kunnen sporters hun voordeel doen door van tevoren maatregelen te bedenken. Na een inventarisatie van mogelijke oorzaken, kan vervolgens worden bedacht hoe die kunnen worden afgewend zodat het CUP scenario geen werkelijkheid wordt. Zodoende bouwen sporters een repertoire op aan mogelijkheden om effectief CUP af te wenden. Ook coaches kunnen van tevoren scenario’s bedenken om adequaat te kunnen handelen bij ongewenste ontwikkelingen (zoals CUP). Zo is Sarina Wiegman, bondscoach van het Engelse vrouwenvoetbalteam en in 2023 door de UEFA uitgeroepen tot beste coach, “….. voortdurend bezig met het denken in als-dan, om controle te houden en te kunnen ingrijpen bij onvoorziene omstandigheden …. Zonder scenario’s duurt het misschien wel vijf minuten voordat ik een oplossing heb. Die tijd heb ik niet, ik moet meteen weten wat er moet gebeuren. In de wedstrijd kunnen we dan direct schakelen, bam, bam, door ….. Ik word zodoende bijna nooit verrast ….. En als ik word verrast, dan vind ik dat ik mijn werk niet goed heb gedaan.
  5. Daarbij kunnen trainers sporters leren zich te wapenen tegen aversieve ervaringen zoals CUP door tijdens trainingen te ontregelen. Dat wil zeggen, mentaal uitdagende situaties creëren onder gecontroleerde omstandigheden. Essentieel is dat de reacties van spelers hierop achteraf zorgvuldig worden doorgesproken, inclusief alternatieve, (meer) effectieve reacties om de zelfregulatie vaardigheden van sporters te versterken.

Het ontwikkelen en versterken van mentale vaardigheden bieden geen garantie op het uitblijven van CUP, maar de kans dat het optreedt kan wel aanzienlijk worden gereduceerd. En als sporters onverhoopt falen onder druk, dan is het belangrijk dat daar lessen uit worden geleerd door met bovenstaande technieken (verder) aan de slag te gaan. Falen onder druk moet in ieder geval niet worden gezien als bevestiging van veronderstelde ‘mentale zwakheid’. Het behoeft geen uitleg dat “Zie je wel, ik faal onder druk, dus ik ben mentaal zwak” een disfunctionele belief is. 

Een functionele belief is de overtuiging dat je als sporter kunt leren van een CUP ervaring en de kans op een herhaling kunt verkleinen. Rory McIlroy, bijvoorbeeld, won in 2011, een paar maanden na zijn Master echec, op 22-jarige leeftijd de US Open, eveneens een Grand Slam golftoernooi. Terugkijkend op zijn CUP ervaring zei hij: “It was a big learning curve for me …. I learned exactly not what to do under pressure and contention, and I definitely learned from that day how to handle my emotions better on the course.

Als dit blog ook jouw belief heeft versterkt dat je kunt leren van een CUP ervaring, dan is die missie in ieder geval geslaagd.

Verder lezen?

Understanding and preventing choking under pressure in golf – Hill & Mesagno (2024)

Attentional theories of choking under pressure revisited – Gray (2020)

Choking interventions in sports: A systematic review – Gröpel & Mesagno (2019)

Staying focused in sport – Moran & Toner (2017)

Video: Greatest Golf Collapses and Chokes of All Time (Part 1)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *