Tevreden

Jeroen Otter met Yara van Kerkhof

Vooral topcoaches en topsporters willen altijd sneller, hoger, verder en beter. Betekent dat dat zij nooit tevreden zijn? Jeroen Otter, bondscoach van de succesvolle Nederlandse shorttrackers, beaamt dit: “Ik ben nooit tevreden … Er is geen enkele manier waarop ik mezelf tevreden kan stellen.” Is dat problematisch? Heb je dan nog wel plezier in wat je doet?

Als je wilt winnen in de sport, wilt slagen op school, bekend wilt worden in de kunst, of promotie wilt maken op je werk, dan moet je hard werken om de vereiste kennis en vaardigheden te verwerven, om vooruit te gaan, of om beter te presteren dan anderen. Zodoende beland je in een cyclus van doelen stellen, presteren, feedback ontvangen, evalueren, nieuwe doelen stellen, etc. 

Een oneindig, cyclisch proces: Better never stops.

Doelen spelen derhalve een centrale rol in dit proces van zelfregulatie. Over prestatiedomeinen heen (sport, werk, school) blijken doelen tot betere prestaties te leiden, mits het specifieke en moeilijke (maar haalbare) doelen betreft. De redenen zijn:

  1. Doelen geven richting: je weet waar je mee bezig bent, je doet niet ‘zomaar’ wat. Activiteiten die je niet helpen om je doelen te bereiken, laat je achterwege. Doelen helpen je om efficiënt en effectief te zijn. 
  2. Doelen versterken de bereidheid om hard te werken, vooral wanneer de doelen vanuit de persoon zelf voortkomen en niet door anderen zijn opgelegd. Duidelijkheid, uitdaging en structuur geven energie, en het halen van een doel geeft voldoening, vooral als je er flink voor hebt moeten werken.
  3. Doelen versterken ook het doorzettingsvermogen, de mentale weerbaarheid en de veerkracht. Immers, omdat je een doel hebt, weet je precies waar je mee bezig bent. Als het niet lukt, als het tegen zit of als je te maken krijgt met frustraties, tegenstand of pech, dan verzin je – al dan niet met hulp van anderen – een alternatieve manier om alsnog bij je doel uit te komen.
  4. Tot slot nodigen doelen uit om na te denken over manieren, acties en strategieën om je doelen te bereiken. Door de bouwstenen van je doelen te specificeren en te concretiseren vergroot je de kans op snelle vooruitgang en doelrealisatie, en je leert ook sneller. Immers, als je er achter komt dat een weloverwogen strategie niet werkt, dan is de kans groot dat je in de toekomst, in een soortgelijke situatie, dezelfde fout niet weer maakt.
De prestatiecyclus 

In de figuur hierboven is de prestatiecyclus afgebeeld: specifieke en moeilijke doelen leiden tot betere prestaties en derhalve tot positieve feedback, wat een tevreden gevoel geeft. Tevredenheid versterkt vervolgens de zelf-effectiviteit. Dit geloof en vertrouwen in de eigen capaciteiten zet weer aan tot het stellen van nieuwe en (nog) moeilijker doelen. 

Anders gezegd, het paradoxale effect van doelen halen, van voldoening en tevredenheid, is dat het ontevredenheid aanwakkert. 

Het stellen van nieuwe doelen impliceert immers ontevredenheid; je wilt iets wat je (nog) niet hebt. Als je geen nieuwe doelen stelt, als je tevreden bent met wat je hebt, dan heb je geen doel, geen richting en geen drijfveer meer. De continue ontevredenheid van Jeroen Otter is daarom goed te begrijpen. Als hij niet meer ontevreden zou zijn, dan houdt het op, dan is er niets meer om voor te strijden, en misschien wel niets meer om voor te leven.

Vanwege dit logische proces van tevredenheid naar ontevredenheid (i.e., nieuwe doelen) en vice versa, is het belangrijk om de prettige en fijne momenten van tevredenheid te koesteren. Plezier in de sport (en andere activiteiten) behoud je door successen en het behalen van doelen (ingetogen dan wel uitbundig) te vieren. Maar voor ambitieuze trainers, coaches en sporters kan het gevoel van tevredenheid niet al te lang duren. Tijdens een toernooi, bijvoorbeeld, moet de focus weer snel op de volgende wedstrijd. En na een succesvol seizoen wordt snel weer nagedacht over onderdelen (techniek, tactiek, fysiek, mentaal, voeding) waar nog winst valt te behalen.

Zoals in een eerder blog uiteengezet, is het daarbij belangrijk dat doelen worden gesteld voor zowel de korte termijn (zoals een nieuwe beweging leren) als de lange termijn (zoals een medaille halen). Wanneer uitsluitend in langetermijn-doelen wordt gedacht, dan kan het wel heel lang duren voordat (mogelijk) een succesbeleving wordt ervaren. De verschillende doelen kunnen op elkaar worden afgestemd via een doelhiērarchie, met een langetermijn droomdoel aan de top. Op dagelijkse basis kan tevredenheid wordt ontleent aan het behalen van de bouwstenen van het droomdoel, de kortetermijn- of procesdoelen (zoals het goed uitvoeren van een strategie). Verder kan na het behalen van een droomdoel (bijvoorbeeld: kampioen geworden) een nieuw droomdoel worden geformuleerd, op hetzelfde gebied (bijvoorbeeld de titel prolongeren), of op een ander gebied (bijvoorbeeld een gezinsleven of een maatschappelijke carrière opbouwen).

Is het echt waar dat Jeroen Otter nooit tevreden is? Ook niet met de topprestaties van zijn shorttrackploeg, en de prestatiecultuur en -structuur die hij in Nederland heeft neergezet? Hoe kan hij het dan zo lang volhouden (hij is al meer dan 12 jaar bondscoach)? 

Natuurlijk, ook hij ervaart wel degelijk emoties als trots en tevredenheid. Maar hij noemt het niet zo. ”Ik ben eerder fier, dat klinkt wat zachter.”

Verder lezen?

The application of Goal Setting Theory to goal setting interventions in sport: a systematic review – Jeong et al (2021)

Achievement goals and self-regulation in the sport context – Van Yperen (2021)

New developments in goal setting and task performance – Locke & Latham (2013)

Goal setting in sports – Williams (2013, pp. 375–396)

In the context of a sports match, the goal to win is most important, right? Suggestive evidence for a hierarchical achievement goal system – Van Yperen (2022)

Video: Wat is het geheim achter het succes van shorttrack TeamNL?

https://www.youtube.com/watch?v=ODOY2QDBi2k&t=10s

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *